Verslag verenigingsavond Bali November 2023

Slakken in het aquarium

Voor deze avond was dhr. Kenny Mertens uitgenodigd om een lezing te geven over slakken in het aquarium. Hij heeft al van jongs af aan een voorkeur voor flora en fauna. Hij begon dan ook met een klein aquarium en deze werd steeds groter en er kwamen er steeds meer bij.
Momenteel heeft hij showbak met een Zuid-Amerika biotoop en heeft diverse kleine bakjes met garnalen en slakken.

Zijn voorkeur voor slakken is begonnen met de aanschaf van een paar appelslakken welke hij succesvol heeft gekweekt. Hij is verder gedoken in houden en kweken van bijzondere soorten slakken en heeft daar een lezing over gemaakt.

Op dit moment zijn er circa 100 soorten slakken die we in het aquarium kunnen houden, maar niet iedereen is hiervan gediend.
Toch hebben slakken een positieve invloed op het aquarium. Ze eten het overgebleven voer en de plantenresten op. Maar ook als er een dode vis ligt, wordt deze opgegeten door de slakken. Algen van stenen en hout staan op menu,  maar ze eten gelukkig geen eitjes van de vissen.
Met behulp van receptoren kunnen ze het voedsel vinden. Kortom, het zijn echte opruimers. Het nadeel is wel dat de populatie flink kan groeien waardoor de kwaliteit van het water in gevaar kan komen en dat ze te veel voer van de vissen gaan eten.
Om deze populatie te beperken zijn er verschillende mogelijkheden. Er diverse soorten vissen (botia’s en kogelvissen) die slakken eten maar er zijn ook kreeften en slak-etende slakken. Je kan ook proberen om met een slakkenval deze te vangen, maar daar zijn de ervaringen wisselend. Een goed alternatief is om sla bladeren in het aquarium te leggen waar de slakken naar toe gaan waarna je deze eruit kan halen. Dit moet natuurlijk wel zeer regelmatig gebeuren. Ook kun je gebruik maken van de “viswinkelmethode”’ waarmee je met medicijnen de slakken te lijf gaat.

Waterslakken hebben vaak kieuwen maar kunnen ook een eenvoudig longsysteem hebben. Voor zover bekend, hebben alle zoetwaterslakken een huisje en zijn er geen onderwater naaktslakken.
De naaktslakken die op het land leven kunnen echter wel overwinteren onder water doordat zijn in een rust periode gaan. Wel zijn er naaktslakken die in het zout water leven. Het slakkenhuis zelf is opgebouwd uit drie lagen. De buitenste laag (het periost) is de harde laag en zorgt voor bescherming. Daaronder ligt een dun laagje met kalk en de binnenste laag is de hypostracum. Deze laag zorgt ervoor dat als er beschadigingen zijn in het slakkenhuis dat deze worden gemaakt.

Sommige soorten hebben een sluitplaat voor bij de opening van het slakkenhuis en deze zorgt voor de bescherming van de slak. Op de kop zitten de voelsprieten en de ogen maar ook de voortplantingsorganen bevinden zich daar. Aan de onderzijde van de kop zit de mond met en rasptong waarmee ze het voedsel opnemen. In het verlengde van de kop zit een grote spier die zorgt voor de voortbeweging en dat ze goed op een voorwerp blijven zitten.

Bij de voortplanting zijn er ook bijzondere strategieën. De meeste zoetwaterslakken leggen eitjes die bevrucht zijn door een mannetje. Bij bepaalde soorten hebben de vrouwtjes de mogelijkheid om het sperma op te slaan die ze dan voor latere legsel kunnen gebruiken. We zien dit bijvoorbeeld ook bij levendbarende vissen. Ook zijn er soorten die aan parthenogenese doen of wel maagdelijke voortplanting. Hierbij vindt er geen bevruchting plaats maar maakt het vrouwelijk dier kleine kloons van zichzelf.

Na deze uiteenzetting werden de diverse soorten zoetwaterslakken besproken. De bekendste soort hiervan is de appelslak en deze wordt veel gehouden. Hiervan zijn 51 soorten beschreven.  De kleinste soort is circa 3 cm (zebra-appelslak) terwijl de grootste soort (de titaanslak tot 16 cm kan groeien). Vanwege de Europese wetgeving mogen deze slakken niet meer verhandeld worden daar het gevaar bestaat dat deze in de natuur te recht komen waardoor ze plaatselijke flora en fauna kunnen aantasten.

Een andere veel gehouden soort is de slak etende slak (Anetome Helena). Deze wordt gebruikt om een slakken plaag aan te pakken. Mochten er echter te weinig voedsel (slakken) zijn dan kunnen ze elkaar opeten (kannibalisme). Ze hebben de mogelijkheid om m.b.v. van hun tentakels een gaatje te maken in een schelp waarna ze de slak leegzuigen.

Momenteel is de Sulawesie Olifantenslak erg in opkomst. Dit zijn oranje gekleurde slakken met huisjes in verschillende kleuren. Deze zijn endemisch en komen alleen voor in Sulawesie (Indonesië).

Het was een zeer interessante lezing over slakken en we willen graag Kenny Mertens bedanken voor zijn enthousiasme om deze lezing te presenteren.

Thorn van Bragt

14 november Lezing “Slakken” door Kenny Mertens

14 november 2023, aanvang 20.00 uur
in de Wittenhorst, adres: Lindenlaantje 1a, 4661 JK Halsteren

Ik ben blij dat ik wederom de kans krijg om bij een club een lezing te mogen geven.
Doordat ik met mijn vorige lezing (Natuurproducten in het aquarium) enig succes heb/had, ben ik
op een bepaald moment met een nieuwe lezing begonnen. “Aquariumslakken” is het resultaat
geworden en ik ben er wederom blij mee. Deze lezing gaat over allerlei verschillende soorten, hun
eigenschappen en hoe je ze kan houden. Hier en daar wat leuke weetjes en wat meer uitleg over
hoe je een slakkenplaag kan intomen zullen er alvast tevoorschijn komen.
Ik hoop met deze lezing voor eens en altijd te kunnen uitsluitsel te geven aan één welbepaalde
vraag: “zijn slakken pestdieren of hebben ze hun nut?”. Ik hoop dat jullie er allemaal zin in hebben, ik
alvast wel en hopelijk tot dan!

Gezellige bubbelavond

Bali Bubbel Avond oktober 2023

Voor de verenigingsavond van 10 oktober waren we uitgenodigd door Chris en Dimphy om in hun winkel Bubbels te komen. Bubbels is een Aquarium en Vijverspeciaalzaak in Hoogerheide die al meer dan 20 jaar bestaat. Hierdoor hebben zij veel kennis opgedaan en hebben zij een groot assortiment samengesteld van aquarium en vijvervissen. Ook zijn allerlei toebehoren (planten, techniek, decoratiematerialen etc.) te verkrijgen.

ATV Bali was uitgenodigd om gezellig te komen Bubbelen in de winkel. We werden welkom geheten met een lekker kopje koffie (of thee) met een koekje en hadden daarna de mogelijkheid om de winkel rustig te bekijken. Daar de temperatuur ook meewerkte, zijn we buiten begonnen bij het vijvergedeelte. Daar kregen we te horen dat ze onlangs een grote partij vijvervissen hebben opgevangen van iemand die hier niet meer zelf voor kon zorgen. Toen het donker werd zijn we de winkel in gegaan en hebben daar op het gemak het hele assortiment kunnen bekijken. Chris en Dimphy stonden ons uitgebreid te woord over de vissen en alle andere vragen die werden gesteld. Ook was er voor de leden ook weer voldoende tijd om onderling over de hobby te praten.

Kortom het was weer een gezellige verenigingsavond en willen we Chris en Dimphy bedanken voor hun gastvrijheid.

Thorn van Bragt

verslag verenigingsavond 12 september

Nu de zomervakantie weer ten einde is gekomen, begint ATV Bali weer met haar bijeenkomsten. Om nog even in de vakantiestemming te blijven, hadden we voor deze avond Hans Meulblok en Theo van Meegen uitgenodigd voor een lezing over de vissen en kikkers van Costa Rica en Sri Lanka. Bij aankomst bij de Wittenhorst bleek echter dat het bestuur van Bali ook nog in de vakantiemodus zat, want er was geen zaal gereserveerd. Helaas was het niet meer mogelijk om de zaal en de bar te openen. Maar gelukkig woont Herman, onze voorzitter vlak bij de Wittenhorst, en hij heeft zijn woonkamer ter beschikking gesteld om de lezing toch door te laten gaan. Nadat de woonkamer een beetje was verbouwd kon de lezing alsnog van start gaan. Voor deze lezing hadden de sprekers fraaie foto’s gebruikt. 

Enige jaren geleden zijn de sprekers naar Costa Rica geweest. Dit land ligt in Midden-Amerika en is ongeveer even groot als Nederland. Ze hebben daar een auto gehuurd en hebben het land rond gereisd. In dit land is sprake van een tropisch klimaat (30 gr Celsius) met een hoge luchtvochtigheid en in het land zijn dan ook veel tropische regenwouden. Door de hoge luchtvochtigheid worden deze ook wel nevelwouden genoemd.  Hier zijn overal bromelia’s in verschillende groottes zichtbaar. Deze planten zorgen voor een goede leefomgeving voor diverse soort pijlgifkikers (Phyllobatus Vittatus, Dendrobatus Leucomalas en diverse soorten Oophaga). Deze kleine en felgekleurde kikkertjes leven in deze planten en in de bladoksels van de bromelia’s worden de eitjes gelegd. Naast de bromelia’s groeien er vele soorten orchideen en mossen, die ook gebruik maken van de bomen om te groeien. Ook grote boomvarens groeien er volop. De stammen van deze planten worden veel gebruikt als decoratiemateriaal in terraria. Ook komen er veel soorten hagedissen voor en fraaie vogels. De Quetzal is hiervan een van de bekendste, deze felgekleurde vogels kunnen ruim 80 cm groot worden en zijn de onbetwiste koning van het nevelwoud. Aan de oost- en westkant van Costa Rica ligt de oceaan. Hierdoor zijn er ook prachtige stranden en mangrovebossen.  

Ook werd er contact gezocht met de inheemse bevolking, de indianen. Zij houden zich bezig met sierkralen, het maken van sierraden en het naaien van jurken en andere kledij. Deze worden dan ook aan de toeristen verkocht. Om wilde dieren te spotten, hoef je soms niet ver te zoeken. Met name in de buurt van de lodges zijn vaak bijzondere dieren te zijn (krokodillen/apen). Zij krijgen vaak de restjes van het eten zodat ze in de buurt van de lodge zijn. Dit is dan weer een mooie reclame voor de lodge om toeristen te lokken. Met name is het oppassen voor de withoofdcapucijneraapjes, deze zijn erg brutaal en komen dichtbij. Ook zijn er veel brulapen, en de naam zicht het al, die zijn erg luidruchtig en beginnen al in de vroege ochtend. 

Na de pauze maakten we een kleine sprong naar Sri Lanka (voorheen Ceylon). Dit eiland ligt aan de zuidoost kant van India. Doordat het land omgeven is door de Indische Oceaan, wordt er dan ook veel gevist. De vangst wordt dan naar een Fishmarket gebracht waar ze verkocht worden. Helaas zijn de hygienische omstandigheden echter niet optimaal en stinkt het daar enorm. Ook worden daar veel verse inheemse groentes verkocht.  

Ook is er nog een aantal Nederlandse invloeden zichtbaar. Deze zijn afkomstig van uit de tijd van de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC). Dit is te zien door de namen van de oude gebouwen, straatnamen en op het kerkhof. 

Op Sri Lanka komen ook grote varanen voor. De watervaraan kan 2 tot 3 meter lang worden en is de op na grootste varaan (dat is de komodo varaan). Ook de landvaraan is geen kleine jonge en deze soort kan tot 2,5 meter lang worden. 

Ook komen er veel olifanten voor. Deze zorgen echter voor overlast doordat ze de plantages slopen en de gewassen opeten. Om dit tegen te gaan worden de plantages bewaakt en als de olifanten komen dan proberen ze deze met geluid te verjagen. Desondanks zijn er ook opvangcentra voor olifanten waar deze worden verzorgd en een toeristische attractie zijn. 

Sri Lanka staat ook bekend om thee. Hier zijn veel plantages van en de theeblaadjes worden met de hand geplukt. Dit is zwaar werk en wordt nog altijd slecht betaald. Deze blaadjes worden gesorteerd en vervolgens gedroogd. In grote balen gaan ze naar Europa toe om uiteindelijk verwerkt te worden tot thee. 

 Het was wederom een mooie en boeiende lezing met dank aan Hans Meulblok en Theo van Meegen. Tot slot ook Herman bedankt voor zijn gastvrijheid om deze lezing door te laten gaan. 

Thorn van Bragt 

 

De vissen en kikkers in de natuur van Costa-Rica en Sri Lanka

De vissen en kikkers in de natuur van Costa-Rica en Sri Lanka  (lezing van Hans Meulblok en Theo van Meegen)

Dinsdag 12 september,  aanvang 20.00 uur
Locatie: De Wittenhorst, Lindenlaantje 1a, 4661 JK Halsteren

We nemen u mee door de oerwouden van Costa-Rica waar we diverse vissoorten en kikkers tegenkomen. We reizen door tropisch regenwoud, nevelwoud en varen op een rivier waar leguanen en basilisken zich aan ons laten zien in hun volle glorie.
De natuurparken San Gerardo, Corcovado, Manuel Antonio, Monteverde, Rincon de la Viega, La Fortuna en Tortuguera hebben we diverse biotopen bezocht. We hebben kikkersoorten, grote hagedissen, kaaimannen en ook vissen waargenomen.

Een diversiteit aan landschappen, vele soorten oerwoud zoals nevel wouden, laag en hoog bos en de moerasgebieden. Op de oevers van rivieren komen veel vogels voor. Na de pauze brengen we een bezoek aan de natuur in Sri Lanka waar we een stuk natuur beleven met grote dieren. Maar ook kikkers en hagedissen en vissen die wij in ons aquarium houden. We laten U de overeenkomsten met de natuur zelf ondervinden. Hierdoor krijgt U weer nieuwe inspiratie voor uw hobby.

14 maart 2023 – MESSAGE IN A PLASTIC BOTTLE

Lezing: 14 maart 2023, aanvang 20.00 uur                                 door Ronny Vannerom
Locatie: de Wittenhorst, Lindelaantje 1a Halsteren

Tijdens mijn voordracht neem ik jullie mee in een verhaal van schoonheid maar worden ook de neveneffecten geaccentueerd waarbij het grote verlies van de biotopen door de opwarming en vervuiling van de mens niet zal ontbreken.

Een voordracht waar ik deze keer toch eventjes zelf stil ben van geworden want na al meer dan 10 jaar verschillende voordrachten te  hebben gemaakt merk ik tijdens mijn zoektochten op dat er vele habitats verdwijnen, dit meestal door de vervuiling en de opwarming van de aarde. Op zich staan we er zelf niet bij stil maar zonder te beseffen zijn we er zelf dagelijks mee bezig .

Sinds 1970 zijn de populaties van wilde dieren gemiddeld met 60% in omvang afgenomen.

Waaronder ook de vissen die nu meer en meer worden aanzien als de meeste bedreigde diersoort ter wereld. 1/3 van de bestaande soorten staat zelf aangeschreven als bedreigd voor uitsterving !!!

Op zich blijft het een “ strange world “ waarin we leven want op een paar honderden kilometers van Nederland komen we al terecht in Guppybach , een plaats waar al 50 jaar meer dan 20 exoten te samen zwemmen. Een plaats die ik jullie zeker wil beter leren kennen want je zal verschieten wat daar allemaal samen zwemt of zelf welke tropische planten er allemaal wel groeien.

We zouden kunnen zeggen dat de vis feitelijk in een crisis leeft en deze is het meest zichtbaar in Noord Amerika.

Noord- Amerika wordt aanzien als de grootste zoetwater diversiteit van de wereld maar van de 800 soorten zoetwater vissen zijn en er maar liefst 37% beschouwd wordt als bedreigd.

In mijn nieuwe voordracht leg ik dan ook de klemtoon om het land van de Verenigde Staten eens beter te bekijken en opzoek te gaan naar de meeste bedreigde vissoorten in dit land.

Een soort die zeker aan de aandacht moet komen zijn de” pupfish “ . Sinds mijn voordracht “vissen in de woestijn“  anno 2012 , ben ik deze soort blijven volgen.

Inmiddels zijn we 10 jaar verder en merken we op dat deze vissoort uit het genus van de Cyprinodon het zeer moeilijk blijft hebben om te overleven in zijn habitat in de Nevada woestijn.

Reden is natuurlijk de opwarming die meer en meer water doet verdwijnen. Maar gelukkig zijn er nog vele actieve groepen “ bv the Ash Meadows Fish Conservation Facility “ die er voor zorgen dat deze vissoort in leven blijft. Zo ontdekken we hoe de situatie is geëvolueerd bij de Cyprinodon diabolis ( Devils Hole Pupfish ) , sinds 1952 reeds een beschermde vissoort die nu bijna 70 jaar vecht tegen het uitsterven maar de laatste jaren een nieuwe toekomst heeft ontdekt.

Ook ergens in Nevada maken we kennis met 2 soorten namelijk Empetrichthys en Crenichthys .

Deze 2 endemische soorten aanschreven als de Amerikaanse Goodeiden  leven voornamelijk in de regio van Las Vegas waar ze meer dan 50 jaar proberen te overleven. Zonder help van de mens zou dit de laatste 20 jaar niet meer zijn gelukt. Deze hulp is zeker eens de moeite waard om over te vertellen.

Onze reis zetten we verder richting North- en South Carolina waar we één van de meest prachtige levendbarende vissen ontdekken : “ Poecilia latipinna “

Poecilia latipinna , uit de familie van de hoog vin karpers , kennen we allemaal in de vormen van Hybriden maar deze soort voor het eerst beschreven in 1821 onder de naam van Mollienesia latipinna is zeker in zijn wildvorm veel meer prachtiger dan zijn gekweekte hybride soorten.

We kunnen deze soort terug vinden op plaatsen in zoet- en zoutwater waar het zoutgehalte wel hoger kunnen liggen dan het zeewater.

Amerika heeft verschillende grote meren waarbij nog vele inheemse – en endemische soorten te samen zwemmen. Zo is er het Waccamaw meer in North-Carolina met een schatkist aan inheemse soorten.

Een soort die ik zeker in de schijnwerper wil plaatsen uit dit meer komt uit de Elassoma familie , deze is beter gekend als de dwergzonnebaarzen maar ook zij hebben het moeilijk om te overleven door de uitdroging van hun habitat en ook door de uitzetting van niet inheemse soorten.

Een van deze barbaren komt feitelijk uit de levendbarende vis familie, namelijk uit het genus Gambusia. Deze soort heeft zijn naam meegekregen als het muskietvisje maar wordt volledig misprezen. Gambusia is feitelijk het grootste geslacht in de levendbarende tandkarpers familie en eentje die zeker minder bekend is dan we zelf zouden denken. Hij wordt meestal aanzien als een barbaar doordat hij een roofvis is die geen angst heeft om de jonge van grote vissen aan te vallen maar anderzijds zijn er in de geslacht vele soorten die het zelf moeilijk hebben om te overleven.

De Verenigde Staten tellen zelf maar 5 soorten inheemse levendbarende vissoorten waarvan Gambusia de grootste groep is , anderzijds vinden we er ook de kleinste terug namelijk de Heterandria formosa

Deze kleine dwergtandkarper kan men voornamelijk terug in het Zuid-Oosten van Amerika maar ook in een grote populatie 1000 km verder in Florida.

Met deze voordracht hoop ik terug dat ik jullie weer een leerrijke en leuke avond kan bezorgen, waarbij de levendbarende vissen natuurlijk centraal blijven staan maar met dit verhaal ook  moeten nadenken wat de toekomst  ons zal geven binnen de komende jaren …..

Ronny Vannerom

De weervisserij

Dinsdag 14 februari 2023, 
aanvang: 20.00 uur, in de Wittenhorst te Halsteren (Lindelaantje 1a)
Presentatie “De weervisserij” door de heer Lau de Smet

De Weervisserij is waarschijnlijk bijna zo oud als de mensheid.  De oudste archeologische vondsten, die duiden op het gebruik van deze techniek, dateren uit het mesolithicum (de middensteentijd, die begon na de laatste ijstijd ruim 12.000 jaar geleden ).

In Nederland is de weervisserij ten minste sinds de 16e eeuw bekend. De weervisserij maakt gebruik van getijdenwerking, waarbij de ansjovis bij dalende waterstanden door de stroming in de fuik wordt gedreven. Deze vis zoekt het warmere water op in de paaitijd. Hier worden de eieren afgezet. De Oosterschelde is een ideaal paaigebied en het water doorgaans warmer is dan in de aangrenzende Noordzee.

Het is veel meer dan alleen een fuik, dat hoort u op deze boeiende avond. Met de huidige moderne vistechnieken is de arbeidsintensieve weervisserij niet meer lonend. Daarom zet de Stichting Behoud Weervisserij, met vele vrijwilligers zich sinds 1997 in om dit unieke erfgoed in stand te houden. Dat doen zij samen met de laatste Bergse weervissersfamilie Van Dort.

De Stichting Behoud Weervisserij organiseert vaartochten naar de weervisserij in de maanden mei en juni. Een bijzondere mogelijkheid om een interessante boottocht bij en in het weer te kijken, hoe en wat er gevangen wordt.  Wist u dat onze voorzitter ook vrijwilliger is bij deze stichting.

De natuurlijke en biologische tuinvijver

Een idyllisch plekje in de tuin, de natuurlijke en biologische tuinvijver    (door ]oop de Blok)

Vanaf mijn vijfde jaar ben ik al gefascineerd door water en alles eromheen. Mijn laarzen waren meestal te kort bij het vangen van stekelbaarsjes. Al die stekelbaarsjes moesten in een emmer en dat ging in de grond in de zandbak. De eerste vijver was geboren, maar helaas niet vorstvrij. Bij de eerste vorst was dat emmertje één blok ijs met diepvriesvisjes. In de daaropvolgende jaren groeide ik zelf maar ook mijn expansiedrift. Vaak met behulp van mijn vader experimenteerde ik met steeds grotere vijvers. Maar helaas, na iedere winter waren ze lek, kapotgevroren.

Voor mijn vijftiende verjaardag kreeg ik van mijn ouders een vijver, dat wil zeggen een plek achterin de tuin om een gat te graven, 1,5 m3 metselzand en zeven zakken cement van 50 kg. Vijverfolie was toen nog lang niet in beeld, laat staan het idee van een biologische vijver.

Het grootste probleem was de vijver vorstbestendig te maken. Ik maakte daarom een betonnen schaal met het puin van de gesloopte vijvers als toeslagmateriaal. Het werd een ovale schaal van 3 x 6 m en in het midden 60 cm diep. Het idee was dat als het zou gaan vriezen het ijs eruit kon of de hele vijver met de bevroren grond omhoog kon komen, dus niet in of uit elkaar gedrukt zou worden. Voor de planten had ik in het midden op de bodem een langwerpige bak gemetseld van ongeveer 10 cm diep. De vijver werd bevolkt met verschillende soorten kleine vissen, kikkers en salamanders, deze laatste kwamen er vanzelf in (die hebben pootjes).
De eerste natuurlijke vijver was ontstaan. Zonder pomp of filter bleef hij kraakhelder en was nog heel na de winter. Deze jeugdervaringen vormen de basis van mijn vijverleven en uiteindelijk is mijn hobby mijn werk geworden.

In de natuur is een waterplas, ven of meertje tijdelijk, zeker als er geen doorstroming is met het oppervlaktewater door middel van een sloot of beek. Water wordt land. Dit gebeurt door zand dat erin waait, door boombladeren en afstervende water- en moerasplanten. Het organisch materiaal verveent en wordt van lieverlee door planten en bomen overgroeid.
Dus daar waar wij in de natuur water willen behouden, moet er onderhoud gepleegd worden door middel van maaien en baggeren met de nodige zorg voor flora en fauna. (`cultuur’)
Omdat je er in je tuinvijver ook meestal voor moet zorgen dat je het water bij elkaar houdt, ben je al snel gedwongen om een kunstmatige constructie te maken met bijvoorbeeld folie, beton of leemblokken. De discussie of dit nog natuurlijk is, laat ik hier achterwege.

In den beginne

Wanneer je een vijver in je tuin wílt maken is het belangrijk dat je er zoveel mogelijk plezier aan beleeft en er zo min mogelijk last van hebt. De belangrijkste vraag is dan ook: Waarom wil ik een vijver en willen mijn huisgenoten dat ook? De ruimte die een vijver inneemt in je tuin gaat namelijk altijd ten koste van iets anders.

Om de plaats van de vijver te bepalen zijn een aantal zaken van belang:

  • Het zicht op de vijver, bijvoorbeeld vanuit de woning of vanaf het terras e.d.
  • Kun je bijvoorbeeld de ramen nog zemen of een ladder plaatsen om de dakgoot te schilderen.
  • Kun je vanuit het huis nog goed de schuur bereiken of de achteruitgang van de tuin.

Met andere woorden, maak een kritische inventarisatie van alle voor- en nadelen, dit om zoveel mogelijk irritaties en problemen in de toekomst te voorkomen.
Voor de vijver is het wel van belang dat deze voldoende licht krijgt, niet per se de hele dag felle zon.

Harmonie en evenwicht

Om een vijver goed te laten functioneren zijn echter meer zaken van belang, zoals de harmonie met de overige tuinbewoners (bomen, struiken en hagen) Grote bomen en struiken spelen een belangrijke rol in de compositie van de tuin, ze leven en hebben dus ruimte aan hun voeten nodig. Als je de vijver te dicht tegen de stam van een boom plaatst, komt deze ruimte te kort en kan hij na verloop van tijd de vijver ontzetten of kapot `groeien’.

Hou als regel minimaal 1 m. afstand voor een boom en 0,5 m. voor een struik.

De vorm en de grootte van de vijver bepaal je voor de rest helemaal zelf. Je kunt voor een speelse vorm kiezen die vloeiend in de tuin overgaat en een samenspel vormt met de tuinplanten. Maar ook een vijver met een strakke rand afwerking kan prima natuurlijk functioneren als deze maar niet te ver boven de grond uitsteekt (max. 5 cm.)

Om lang plezier van je vijver te hebben moet de vijverrand stevig, waterpas en stabiel zijn, als deze verzakt ben je terug bij af. Dit gebeurd meestal na een aantal jaren als alles mooi gegroeid is. Daarom is geduld een schone zaak. Werk vooral in de goede volgorde.

Je moet ervoor zorgen dat de plantengroei op orde is voordat de vijver met vissen belast wordt. Doe dat niet te snel. Ik vergelijk `t vaak met een wei met koeien. Van een mooie groene wei die de kans heeft gekregen om te groeien, kunnen koeien in de zomer leven zonder bijvoeding. Op een kaal stuk grond met 1.000 kilo graszaad in de bodem en al wel koeien eróp, komt geen grasspriet op en gaan die koeien dood van de honger!!

De grootte van de vijver is afhankelijk van wat je wilt, je ruimte en financiën. Hoe groter de vijver, hoe meer je er mee kunt doen. Een kleine vijver echter kan echt wel volwaardig zijn en biologisch goed in evenwicht. Maar een koe past niet in een konijnenhok, je snapt dus wel dat het altijd draait om het evenwicht tussen planten en dieren. In een mooie heldere sloot of beek zie je geen kilo’s vis per m2.

Om de planten zich goed te laten ontwikkelen moeten we de natuur nabootsen. Dit is niet zo moeilijk als je denkt. In een heldere sloot of plas staan ook geen vijvermandjes en er ligt modder op de bodem. In de vijver kun je de planten laten groeien in plantbedden op verschillende dieptes, een en ander afhankelijk van de soort. Voor het maken van de plantbedden moet je bij het uitgraven van de vijverput zorgen dat de hoogte waarop de plantbedden moeten komen stevig, vlak en horizontaal blijft. Het is wel belangrijk dat je vooraf een plan hebt hoe je de vijver in wilt richten, welke planten diep of ondiep moeten staan en of ze groot worden of klein blijven.
In de gemodelleerde kuil komt de vijverfolie, de plantbedden worden daarop gemaakt, op de vlakke niveaus. Op onze website bijvoorbeeld, zie je hoe dat moet. (www.vijvertuindeblok.nl)

Bij een natuurlijke vijver is geen filterinstallatie nodig. Het diepste gedeelte is een bezinkput voor het organisch materiaal, dat daartussen het Gedoornd hoornblad (Ceratophylium demersum) tot rust komt. Je maakt als het ware een `biologische spons’. Daarom is het be|angrijk dat het diepste gedeelte van de vijver wat verder naar achter ligt, in ieder geval niet daar waar je de vissen voert. Als je dat wel zou doen, dan slopen je vissen deze `spons’ als ze het voedsel dat daartussen zakt willen opsporen en opeten.

Zo komen we ook weer op het punt van evenwicht, de rode draad in de natuur en in dit verhaal.
Een nieuwe vijver moet groeien, daarom moet je ook beginnen met kleine jonge vissen die gelijkmatig met de waterplanten kunnen opgroeien, één en ander wel nadat de planten goed aangeslagen zijn.

Vissen

Nu weet ik uit ervaring dat het heel moeilijk is om als de vijver klaar is te moeten wachten met de vissen, vooral met kinderen. Daarom is een schooltje goudvoorntjes van tien tot vijftien stuks van een ongeveer 10 cm een redelijk compromis. Als je na verloop van tijd meer vissen in je vijver wilt dan is het verstandig om je in hen te verdiepen.

Een steur hoort niet in een natuurlijke tuinvijver. Hij kan niet achteruit zwemmen, wordt heel groot en komt van nature voor in groot open water. Een (koi)karper stelt niet veel eisen aan de waterkwaliteit, evenals bij de steur zit de bek aan de onderkant om zijn voedsel op en in de bodem te zoeken. Hij groeit snel en wordt heel groot, daarom is hij een grote belasting voor de vijver.
Dat wil niet zeggen dat er niets kan in een natuurlijke vijver. In mijn vijverpartij zwemmen ongeveer twintig soorten vissen, waaronder vijf kapers, de grootste acht kilo, tussen de waterplanten die in een zandbodem staan, in glashelder water.
Onze vijvers hebben wel een oppervlakte van 130 m2 met een inhoud van ± 80.000 liter, verdeeld over drie vijvers met daartussen een beekje voor de doorstroming. Op deze manier is het wel mogelijk om in één vijver volop vis te hebben, terwijl de rest fungeert als filter. Al met al het draait altijd om de ruimte die de vissen hebben en nog belangrijker de natuurlijke filtercapaciteit.
Als je je aan een aantal basisprincipes houdt, kun je veel plezier aan je vijver beleven zonder er veel omkijken naar te hebben.

Tot slot

Als je mij nu vraagt hoe ik dat allemaal weet en of ik daarvoor gestudeerd heb, heb ik een simpel antwoord: ik heb geen enkel vijver- of tuindiploma maar ben nog steeds niet afgestudeerd. Ik leer nog elke dag en de kennis die ik heb, deel ik graag met iedereen die het horen wil.

De vijver in het Arboretum te Oudenbosch is een echte blikvanger. Op zonnige, windstille dagen spiegelt de witte theekoepel aan de kop van de vijver zich precies zo in het water als bij een formele vijver de bedoeling is.
Weinig waterplanten behalve de indrukwekkende waterlelie verstoren dan dit beeld. Maar zo’n formele vijver kan ook een echt zorgenkindje zijn, zo-ook die van het Arboretum. In 2011 besteedde onze gewaardeerde oud-vrijwilliger Leo van den Berkmortel al een artikel in het blad Aesculus van het Arboretum in Oudenbosch aan de problemen van de vijver waarmee het Arboretum te kampen had. In dit artikel noemt hij Joop en Yvonne de Blok, die met hun grote kennis van vijvers hun adviezen gaven om de problemen op te lossen.
Toentertijd hield Joop zich nog hobbymatig met vijvers bezig naast zijn sloopbedrijf.
Tegenwoordig is hij alleen nog maar beroepsmatig bezig met aanleggen en renoveren van vijvers en een echte autoriteit op dit gebied in West-Brabant.
Hun vijvertuin is gratís te bezoeken op alle zaterdagen in juni en juli van 10.00 uur tot 16.00 uur. Meer info op www.vijvertuindeblok.nl

Uitslagavond huiskamerkeuring 2022

Tijdens deze bijeenkomst stond de huiskamerkeuring van ATV Bali centraal. In oktober heeft Ron van Brakel, keurmeester van de NBAT, 8 verschillende bakken van de leden van ATV Bali gekeurd.
Er waren deelnemers met zoetwater (gezelschap en speciaal), zoutwater en een paludarium. Het doel van de keuring is om de bak van de deelnemer te bekijken en deze te voorzien van positieve feedback maar ook het geven van tips om de bak te verbeteren.
Tijdens de keuring werd er gekeken naar het dieren bestand, de planten en de watersamenstelling. Ook werd de opbouw (inrichting) van de bak besproken en de toegepaste techniek. Tijdens de keuring zijn er een hoop foto’s gemaakt die zijn verwerkt tot een mooie presentatie.
Dhr. van Brakel was eveneens aanwezig en hij heeft de presentatie voor zijn rekening genomen. De deelnemende bakken werden uitvoerig besproken zodat de aanwezigen konden genieten van de fraaie bakken die wij binnen onze vereniging hebben.

Tot slot kreeg iedere deelnemen de keuringslijst overhandigd samen met een fraaie attentie en een bosje bloemen. Het zoutwateraquarium van Ad Wijnands werd kampioen van dit jaar. Maar ook binnen ATV Bali geldt, deelnemen is belangrijker dan winnen.
Tot slot wil ik dhr. Ron van Brakel danken voor zijn bijdrage voor de keuring evenals alle deelnemers die hebben meegedaan.

Thorn van Bragt

PS: De uitslag was:

De heer soort totaal biologisch
1e A. Wijmans zeewater 391,5 62,5 goud
2e P. Hectors zeewater speciaal 391 62 goud
3e W. Nederveen gezelschap 388 61,5 zilver
4e H. Uijl gezelschap 385,5 62 zilver
5e T. van Bragt paludarium 380 61 zilver
6e S. Musters zoetwater-speciaal 377,5 60 brons
7e J. Hofmeester gezelschap 373 60,5 brons

Uitslag huiskamerkeuring 2022

Aanstaande dinsdag, 14 december 2022, is het eindelijk zover! Op deze feestelijke avond, worden alle deelnemers van de afgelopen huiskamerkeuring in het zonnetje gezet.
Ook voor andere leden iets speciaals, u kunt niet alleen zien wat er allemaal bereikt kan worden met de verschillende soorten aquariums, maar u ziet ook een terrarium met fraaie kikkers. Dit is een mooi voorbeeld van een combinatie water met het land, bewoond door blauw kleurig kikkers met fraaie planten. 
Onze keurmeester Ron van Brakel gaat één en ander over deze verschillende biotopen vertellen. Niet alleen kun u zien hoe de deelnemers dit voor elkaar hebben gekregen maar ook hoe zij dit stukje natuur nog mooier kunnen maken.

Het beloofd een  bijzondere afwisselende avond te worden, want de zeven deelnemers hebben met verschillende soorten aquariums meegedaan. Niet alleen gezelschap- maar ook speciaal aquariums, zowel zoet- als zoutwater worden gepresenteerd. Als voorproefje hieronder enkele foto’s van de deelnemers.

1 2 3 4 10