Verslag verenigingsavond Bali November 2023

Slakken in het aquarium

Voor deze avond was dhr. Kenny Mertens uitgenodigd om een lezing te geven over slakken in het aquarium. Hij heeft al van jongs af aan een voorkeur voor flora en fauna. Hij begon dan ook met een klein aquarium en deze werd steeds groter en er kwamen er steeds meer bij.
Momenteel heeft hij showbak met een Zuid-Amerika biotoop en heeft diverse kleine bakjes met garnalen en slakken.

Zijn voorkeur voor slakken is begonnen met de aanschaf van een paar appelslakken welke hij succesvol heeft gekweekt. Hij is verder gedoken in houden en kweken van bijzondere soorten slakken en heeft daar een lezing over gemaakt.

Op dit moment zijn er circa 100 soorten slakken die we in het aquarium kunnen houden, maar niet iedereen is hiervan gediend.
Toch hebben slakken een positieve invloed op het aquarium. Ze eten het overgebleven voer en de plantenresten op. Maar ook als er een dode vis ligt, wordt deze opgegeten door de slakken. Algen van stenen en hout staan op menu,  maar ze eten gelukkig geen eitjes van de vissen.
Met behulp van receptoren kunnen ze het voedsel vinden. Kortom, het zijn echte opruimers. Het nadeel is wel dat de populatie flink kan groeien waardoor de kwaliteit van het water in gevaar kan komen en dat ze te veel voer van de vissen gaan eten.
Om deze populatie te beperken zijn er verschillende mogelijkheden. Er diverse soorten vissen (botia’s en kogelvissen) die slakken eten maar er zijn ook kreeften en slak-etende slakken. Je kan ook proberen om met een slakkenval deze te vangen, maar daar zijn de ervaringen wisselend. Een goed alternatief is om sla bladeren in het aquarium te leggen waar de slakken naar toe gaan waarna je deze eruit kan halen. Dit moet natuurlijk wel zeer regelmatig gebeuren. Ook kun je gebruik maken van de “viswinkelmethode”’ waarmee je met medicijnen de slakken te lijf gaat.

Waterslakken hebben vaak kieuwen maar kunnen ook een eenvoudig longsysteem hebben. Voor zover bekend, hebben alle zoetwaterslakken een huisje en zijn er geen onderwater naaktslakken.
De naaktslakken die op het land leven kunnen echter wel overwinteren onder water doordat zijn in een rust periode gaan. Wel zijn er naaktslakken die in het zout water leven. Het slakkenhuis zelf is opgebouwd uit drie lagen. De buitenste laag (het periost) is de harde laag en zorgt voor bescherming. Daaronder ligt een dun laagje met kalk en de binnenste laag is de hypostracum. Deze laag zorgt ervoor dat als er beschadigingen zijn in het slakkenhuis dat deze worden gemaakt.

Sommige soorten hebben een sluitplaat voor bij de opening van het slakkenhuis en deze zorgt voor de bescherming van de slak. Op de kop zitten de voelsprieten en de ogen maar ook de voortplantingsorganen bevinden zich daar. Aan de onderzijde van de kop zit de mond met en rasptong waarmee ze het voedsel opnemen. In het verlengde van de kop zit een grote spier die zorgt voor de voortbeweging en dat ze goed op een voorwerp blijven zitten.

Bij de voortplanting zijn er ook bijzondere strategieën. De meeste zoetwaterslakken leggen eitjes die bevrucht zijn door een mannetje. Bij bepaalde soorten hebben de vrouwtjes de mogelijkheid om het sperma op te slaan die ze dan voor latere legsel kunnen gebruiken. We zien dit bijvoorbeeld ook bij levendbarende vissen. Ook zijn er soorten die aan parthenogenese doen of wel maagdelijke voortplanting. Hierbij vindt er geen bevruchting plaats maar maakt het vrouwelijk dier kleine kloons van zichzelf.

Na deze uiteenzetting werden de diverse soorten zoetwaterslakken besproken. De bekendste soort hiervan is de appelslak en deze wordt veel gehouden. Hiervan zijn 51 soorten beschreven.  De kleinste soort is circa 3 cm (zebra-appelslak) terwijl de grootste soort (de titaanslak tot 16 cm kan groeien). Vanwege de Europese wetgeving mogen deze slakken niet meer verhandeld worden daar het gevaar bestaat dat deze in de natuur te recht komen waardoor ze plaatselijke flora en fauna kunnen aantasten.

Een andere veel gehouden soort is de slak etende slak (Anetome Helena). Deze wordt gebruikt om een slakken plaag aan te pakken. Mochten er echter te weinig voedsel (slakken) zijn dan kunnen ze elkaar opeten (kannibalisme). Ze hebben de mogelijkheid om m.b.v. van hun tentakels een gaatje te maken in een schelp waarna ze de slak leegzuigen.

Momenteel is de Sulawesie Olifantenslak erg in opkomst. Dit zijn oranje gekleurde slakken met huisjes in verschillende kleuren. Deze zijn endemisch en komen alleen voor in Sulawesie (Indonesië).

Het was een zeer interessante lezing over slakken en we willen graag Kenny Mertens bedanken voor zijn enthousiasme om deze lezing te presenteren.

Thorn van Bragt